Oorsprong :
 
Nootmuskaat is een specerij afkomstig van de muskaatboom (Myristica fragrans), die in regenrijke tropische kustgebieden gekweekt wordt. De muskaatnoot is ovaal van vorm en ongeveer twee en een halve centimeter lang. De muskaatnoot is zeer hard: in de keuken wordt de muskaatnoot daarom alleen in geraspte vorm (nootmuskaat) gebruikt. Er is fabrieksmatig gemalen nootmuskaat op de markt, maar men kan muskaatnoten kopen en die zelf met een nootmuskaatrasp raspen. Het woord nootmuskaat is een verbastering van het Latijnse "nuces moschatae", hetgeen "naar muskus ruikende noten" betekent. In de levensmiddelenindustrie gebruikt men liever de olie dan nootmuskaatpoeder, omdat deze haar smaak langer vasthoudt, makkelijker doseerbaar is en daarnaast geen risico op vergiftiging met aflatoxine met zich meebrengt. Deze giftige stof komt voort uit een schimmel, die vooral in warme, tropische klimaten de muskaatnoten kan infecteren.
 
Bron(nen) :