Verdeel de tarbot in vier stukken van gelijke grootte.
Ontvel de tomaten, snijd ze doormidden en verwijder het vocht en de pitjes.
Snijd het vruchtvlees in stukjes en stoof het 5 tot 6 minuten in 10 gram boter om het zacht te maken en het vocht te laten verdampen.
Hak het sjalotje fijn.
Maak de lente uitjes schoon en snijd ze fijn.
Hak de kervel eveneens fijn.
Hak de ajuin en de bleekselder fijn.
Verhit de grill.
Giet anderhalve liter water in het onderste deel van een stoompan, voeg ajuin, bleekselder en 1 el zout toe.
Breng het water aan de kook en laat het 10 minuten zachtjes trekken.
Giet, terwijl de vloeistof voor het stomen zachtjes trekt, de visfumet en de witte wijn in een middelgrote pan en voeg de sjalotsnippers er aan toe.
Breng het geheel aan de kook en laat het inkoken tot 3/4 van de vloeistof is verdampt.
Voeg de room toe, breng weer aan de kook en laat het mengsel nu tot helft inkoken.
Haal de pan van het vuur en klop, met kleine hoeveelheden tegelijk, de in klontjes verdeelde boter door de saus.
Voeg de tomaat, de lente uitjes en de kervel toe en breng de saus op smaak met zout, peper en een beetje citroensap.
Hou de saus warm.
Bestrooi de stukken tarbot met zout en peper en leg ze in het bovenste deel van de stoompan (Het beste is dit tweede deel eerste met gesmolten boter wat in te wrijven).
Zet de twee delen van de pan op elkaar, leg het deksel erop en stoom de vis 6 tot 7 minuten afhankelijk van de dikte van de filets.
Leg de stukken tarbot in een vuurvaste schotel, giet de roomsaus erover en laat het geheel onder grill licht kleuren.
Serveer de vis op voorverwarmde borden en garneer naar keuze.