Pers de citroenen en weeg de hoeveelheid af.
Trek van 1 citroen de zestes van de schil, maar probeer geen wit mee te nemen.
Giet het water in een pannetje en roer er de suiker en de zestes door.
Breng aan de kook.
Blijf roeren tot de suiker is opgelost.
Laat afkoelen.
Zeef de karamel.
Vermeng de karamel met het citroensap.
Plaats in de koelkast tot het mengsel door en door koud is.
Draai af in een sorbetiere.