Kneus het knoflook.
Schil de aardappelen, was ze en snijd in brunoise (dobbelsteentjes).
Snipper de ajuin en de bleekselder.
Snijd de wortel in brunoise.
Ontvel de tomaten, verwijder de zaden en snijd in brunoise.
Top de groene boontjes en snijd in stukken.
Snijd de courgettes in brunoise.
Verhit de olijfolie in een pan op een matig vuur.
Voeg er het knoflook, de ajuin, de selder en de wortel aan toe.
Fruit ze gedurende 5 minuten totdat de ajuin zacht en glazig is, laat zeker niet bruinen.
Voeg dan de aardappelen, tomaten en bouillon toe.
Breng aan de kook en schuim af.
Zorg dat de basilicum als een bosjes is samengebonden.
Voeg er dan de basilicum aan toe, zet het vuur lager en laat de aardappelen garen in 20 tot 25 minuten.
Maak ondertussen de pistousaus.
Roer de bonen, de courgette, de groene boontjes en de vermicelli door de soep, zodra de aardappelen gaar zijn en laat de soep nog eens 10 minuten zachtjes doorkoken.
Proef af met peper en zout.
Haal het bosje basilicum uit de soep en smijt het weg.
Serveer met de pistousaus.