Verwijder het buitenste vlies en snijd de goed koude lever met een scherp mes horizontaal in drie.
Zo worden ze sneller zacht en zijn de aderen en de zenuwen die moeten verwijderd worden zichtbaar.
Breng de lever op kamertemperatuur en verwijder met een houten prikker of de vingertoppen voorzichtig de adren en de zenuwen.
Zorg dat dit goed gebeurt zodat de terrine glad wordt.
Bestrooi de lever met nootmuskaat, zout en peper.
Maak laagjes in een terrinevorm van 25 cm lang.
Besprenkel elk laagje met port en armagnac.
Gebruik de buitenste plakken van de lever voor de bodem en de bovenkant, omdat ze gladder zijn.
Zet hem afgedekt met plasticfolie minimaal 5 uur in de koelkast.
Verwarm de oven op 150°C.
Plaats de terrine in een braadslede die voor de helft met heet water is gevuld.
Na 20 minuten lijkt de terrine nog niet gaar, maar ze is het wel.
Neem uit de oven en leg een passend, in aluminiumfolie verpakt, plankje op de terrine.
Verzwaar dit met verschillende gewichten om de lever aan te drukken.
Laat afkoelen en verwijder de gewichten.