Haal de druiven van de stelen en was ze in stilstaand water.
Doe de druiven in een ruime pan en plaats deze op een klein vuur.
Doe het deksel op de pan en roer regelmatig voorzichtig om.
Na een paar uur zie je dat de druiven allemaal onder water staan; het sap is uit de druiven gekookt.
Zeef het geheel en vang het sap op.
Laat rustig uitlekken zonder er op te duwen zodat je de bittere pitten niet kneust.
Je mag dit best een nachtje laten uitlekken in de koelkast.
Kook de potjes of de flessen waar je het sap wilt indoen af zodat ze bacterievrij zijn.
Breng het druivensap terug aan de kook en laat even doorkoken.
Vul de potjes of de flessen tot aan de rand en sluit hermetisch af.
Als je een flesje opendoet is het nog maar een paar dagen houdbaar in de koelkast.